vrijdag 14 december 2012

Mens en natuur: Hoe groen ben ik?

Hoe groen ben je zelf?
Volgens het onderzoek van A. Jacques en H. Walravens, die de kloof tussen attitude en gedrag rond mobiliteit en wonen onderzocht, blijkt dat we de bevolking in vier groepen kunnen onderverdelen. De gelaten ontkenners willen niet duurzamer leven en doen dan ook niets. De onschuldige wachters die eveneens niet willen duurzamer leven, maar in tegenstelling tot de gelaten ontkenners doen zij er wel iets aan. Als derde groep de geremde hopers, degene die wel bereid zijn een inspanning te doen voor het milieu, maar hun gedrag toch niet veranderen. En als laatste de groene doeners, de weldoeners voor het milieu, ze vinden het milieu erg belangrijk en dragen dan ook hun steentje bij.
Lees het interview van Vicky De Meyere over duurzaamheid, en ontdek tot welke groep jij behoort.
Als ik dit allemaal lees, gaat er wel een belletje rinkelen van “ai, ik ben precies niet goed bezig”. Maar het lijkt misschien op het eerste zicht veel moeilijker om mee te werken aan de natuur en het milieu, dan het is. Ik ben ook een beetje “alles of niets”, en dat weerspiegelt zich nu in wat ik denk te moeten veranderen voor de natuur. Ik voel de donderwolk al hangen boven mijn hoofd, met een duiveltje die komt verkondigen dat ik geen vlees meer mag eten, niet meer mag op reis gaan, de verwarming maar beter afzet en mijn auto maar beter verkoop. Dat is natuurlijk belachelijk en helemaal naast de kwestie. Het gaat er om dat we er, elk voor zich, op letten wat we beter kunnen doen voor Moeder Natuur, wat duurzamer is voor de planeet Aarde. Ik moet zeggen dat ik daar helemaal niet mee bezig was, maar nu ik dit artikel heb gelezen, wil ik toch een poging doen om op elk vlak wat in te leveren.
Tot welke groep behoor ik? Ik twijfel tussen de twee laatste groepen: de geremde hoper of de groene doener. Zo’n groene doener zal ik dan wel niet zijn, als ik kijk naar de grote van mijn ecologische voetafdruk (zie mens en natuur: mijn ecologische voetafdruk). Ik zal mezelf dus maar onderverdelen in de groep van geremde hopers. Ik vind het milieu belangrijk en ik wil er inderdaad aan meewerken, maar mijn gedrag zegt het tegenovergestelde. Ik moet vooral eerlijk zijn met mezelf en toegeven dat ik me er weinig van bewust was dat onze culturele gewoontes zo’n impact hebben op het milieu. Als ik zo doordoe zoals ik bezig ben, zal er in 2050 niet veel meer van overschieten. Als blijkt dat de aarde nu al 1,5 jaar nodig heeft om aan te maken wat wij in 1 jaar consumeren, dan ziet het er binnen een aantal jaren niet goed uit voor onze nabestaanden. Wij slorpen alles op. En ik ben er 1 van!
Ik ben eigenlijk niet zo tevreden met mijn stempel als “geremde hoper”. Ik zou liever een groene doener zijn en op die manier mijn steentje bijdragen aan het milieu. Ik hou van de natuur, maar zonder het te beseffen dood ik ze met mijn monsterlijke voet.
Op vlak van voeding ben ik grotendeels ‘goed bezig’, behalve dan dat mijn vriend en ik geliefde vleeseters zijn. Ik haal mijn groenten en fruit voornamelijk bij een plaatselijke boer, én het zijn streekgebonden producten; weinig diepvriesproducten dus. Als kind woonde ik op het platteland en toen haalden wij ook alles vers van het land. “De liefde van de man gaat door de maag” luidt het spreekwoord. Maar volgens mij klopt dat ook. Als ik denk aan mijn eigen vriend, klopt dit spreekwoord als een bus. Ook mijn broers willen ’s avonds een stuk vlees op hun bord. En eigenlijk kan ik dat wel een beetje begrijpen; ze werken van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat, hebben reuzehonger als ze thuiskomen, en als ze dan geen vlees krijgen op hun bord, dan zwaait er wat (bij wijze van spreken). Alhoewel, ik ben ook zo opgevoed, dus op dat vlak zit dat patroon ook al teveel vervlochten in mijn gedrag. 7 dagen op 7  vlees eten, vind ik dan weer niet noodzakelijk. Maar dan zoek ik wel een vervanger van vlees, en dan kom ik meestal uit bij vis of kip. Maar dat blijkt ook niet goed te zijn voor het milieu. In feite zouden we dan moeten vegetarisch eten, zoals een groenteburger of spaghettisaus zonder gehakt bijvoorbeeld. Ik merk bij mezelf dat ik daar moeilijk van wil of zal afstappen. Ik associeer een maaltijd, zoals in het interview vermeld wordt, met aardappelen/rijst/pasta met groenten/fruit én vlees/vis/kip. Eén van de drie weghalen, zou gewoon raar zijn. Als ik op restaurant ga, en ik vraag biefstuk-friet, dan verwacht ik dat daar een kommetje groenten zal bij geserveerd worden. Als dat niet het geval is, vraag ik er één. Want groenten vind ik  wel het belangrijkste deel van je bord.
Op vlak van wonen ben ik niet zo goed bezig, om niet te zeggen slecht bezig! Ok, we wonen niet in een kasteel, maar we zouden wel graag een oude boerderij kopen, met veel land erbij, en verbouwen tot een eigen stek. Of dat milieuvriendelijk is kan ons eigenlijk gestolen worden, want ik denk dat dit meer te maken heeft met ‘het groot zien’ en status en welzijn. Nu wonen we op een appartementje, groot genoeg om met twee te wonen. Ik doe niet graag een extra trui aan, vandaar dat de verwarming bijna steeds op 22 graden staat. Meestal staan al de deuren open, waardoor alle kamers verwarmd worden. Dat is natuurlijk niet nodig, maar het is dan overal lekker warm. Zuinig op water ben ik ook al niet. Alhoewel, misschien deels wel, deels niet. Ik ga wel graag onder de douche, en wij hebben een regendouche, niet echt duurzaam dus. Maar ik zal bijvoorbeeld nooit een halve wasmachine laten draaien, of de kraan openzetten terwijl ik mijn tanden poets.
Op vlak van reizen kan ik niet zoveel zeggen, omdat wij niet vaak reizen. Toen ik nog bij mijn ouders woonde, gingen wij ieder jaar naar dezelfde plek, met de auto, in een huisje. Overvloedig waterverbruik of aanschuiven aan lange tafels vol eten deden we niet. Het was het alledaagse gezinsleven, maar dan op een andere locatie. Sinds ik samen ben met mijn huidige partner, gaan we wel graag eens op reis. Maar dan boeken we een huisje in de Ardennen, of gaan we met de auto een weekendje naar Nederland. Met het vliegtuig zijn we nog nooit weggeweest. Als we op reis gaan, rijden we er met de auto naartoe, en verplaatsen we ons daar met de trein of de bus. Of we maken grote wandelingen, en laten de auto staan. Het is wel zo dat je meer water verbruikt dan thuis. We gaan bijvoorbeeld elke dag in bad, of maken gebruik van de plaatselijke voorzieningen, zoals sauna en zwembad. Het is wel nog steeds een droom van me om een verre reis te maken, met het vliegtuig. Parelwitte stranden, lekker luieren aan het zwembad, all-in, genieten van de streek, ...
Op vlak van transport ben ik de laatste maanden goed bezig. Dat heeft vooral met mijn huidige job te maken, die 700 meter verder is in dezelfde straat en die ik dus met de fiets doe. Voordien werkte ik zo’n 30 km verder van huis, en ging ik elke dag op en af met de auto. Toen ik ging samenwonen met mijn partner is mijn rijgedrag nog verergerd. De afstand bedraagt ongeveer 40 km tussen mijn ouderlijk huis en de gemeente waar ik nu woon. Toen ging ik nog bijna elke avond op en af omdat ik danslessen volgde en zangrepetities had. Omdat de afstand op den duur wat zwaar begon te wegen, heb ik mijn danslessen stopgezet. Maar als ik moet gaan repeteren, dan moet ik toch de auto uithalen. Met de trein zou niet mogelijk zijn, aangezien er rond middernacht geen trein meer rijdt. Ik probeer wel de auto zoveel mogelijk in de garage te laten staan. Wij hebben een ondergrondse parking bij het appartementencomplex en ik merk dat, als ik de auto daar parkeer, ik rapper de fiets neem omdat het niet zo handig is om telkens de auto in en uit die ondergrondse parking te rijden. Maar als de auto langs de weg staat en ik moet naar het werk en het regent of ik heb gewoon geen zin om met de fiets te gaan of ik ben al wat laat, dan zou ik toch met de auto durven gaan. Ik realiseer me nu pas, dat dit eigenlijk heel erg is. Dat is alleszins iets waaraan ik kan werken!
Ik vind het moeilijk om mijn gedrag ecologischer te maken op vlak van voeding en transport. Ik ben daarentegen wel bereid via kleine stapjes mijn gedrag te veranderen. Een plotse ommezwaai zou ik toch niet lang volhouden. Beginnen met 1 dag in de maand vegetarisch te eten, is misschien een eerste stap. Vervolgens 1 dag om de twee weken, en uiteindelijk 1 dag in de week; donderdag veggiedag bijvoorbeeld. Op vlak van transport zou ik wel de auto moeten laten staan als ik 700m verder naar het werk moet. Maar langere afstanden zal ik voornamelijk met de auto doen. Ik kan bijvoorbeeld ook beginnen met 1 keer in de maand de trein te nemen of samen te rijden met anderen.
Ik vind het het makkelijkst om mijn gedrag ecologischer te maken op vlak van wonen en reizen. Besparen op vlak van wonen is voor mij iets concreets. Een gloeilamp vervangen door een spaarlamp, de verwarming wat minder draaien, deuren dichtdoen zodat de warmte niet verloren gaat, de kraan niet laten openstaan, enzovoort. Dat vind ik dan weer makkelijker dan geen vlees meer te eten bv. Voor mij hoeven hele verre reizen niet, en al zeker niet ieder jaar. Ik droom er wel van om ooit eens een verre reis te maken, maar ik ga ook graag eens in ons eigen land iets bezichtigen. In België zijn er zoveel mooie plaatsen waar ik graag eens naartoe zou gaan. Fietsvakanties, dat deed ik vroeger heel graag, liefst in de zomer wel te verstaan. Ontspannend en goed voor de natuur!
Fietsvakanties

Vooraleer ik besefte wat de impact is van mijn voetafdruk voelde ik mij vrij goed in deze 'consumptiemaatschappij'. Ik stelde me er weinig vragen rond. Nu ik het resultaat ken van mijn ecologische voetafdruk en dit alles herlees besef ik wel dat ik een vrij luxueus leventje leid(de). Ik gedroeg me dan ook zoals ik het wou, zonder echt rekening te houden met het milieu. Nu wil ik beter mijn best doen en het luxueuze leventje wat minderen. Ik denk dat dat geen zo'n moeilijke opdracht kan zijn. Nu nog waarmaken wat ik zelf voorop stel natuurlijk! 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten